Het jaarlijkse Planetary Congress van de Association of Space Explorers (ASE) startte vandaag bij ESA ESTEC in Noordwijk. Tijdens de opening stonden de vele mogelijkheden van ruimtevaart, jong talent en de capaciteiten van de Nederlandse ruimtevaartsector in de schijnwerpers.
De jaarlijkse vergadering van de ASE wordt dit jaar gehost door astronaut André Kuipers, precies twintig jaar nadat hij voor het eerst naar de ruimte vloog. Het thema is Shaping the future together. ‘Deze week laten we iedereen zien wat we doen met ruimtevaart, hoe belangrijk wetenschap en techniek zijn voor onze maatschappij en wat je kunt bereiken als je samenwerkt’, aldus Kuipers.
Tijdens de opening bij ESA’s technisch centrum ESTEC in Noordwijk krijgen zeventig astronauten uit de hele wereld, hun partners en genodigden een voorproefje van het programma, met daarin ook veel aandacht voor de Nederlandse ruimtevaartsector. ‘Nederland is gezegend met een hightech ruimtevaartindustrie’, zegt Meindert Stolk, gedeputeerde van de provincie Zuid-Holland. ‘Ruimtevaart is ontzettend belangrijk voor ons dagelijks leven en voor een veilige toekomst. Daarom moet het bovenaan de politieke agenda staan.’
Ruggengraat van de maatschappij
Nederland toont ambitie op zes verschillende onderwerpen, beschreven in de Lange-termijn ruimtevaartagenda. NSO-directeur Harm van de Wetering noemt bijvoorbeeld atmosferisch onderzoek met het satellietinstrument Tropomi, baanbrekende astronomie met het
MIRI-instrument op de James Webb ruimtetelescoop en het G4AW programma, dat vijf miljoen kleine voedselproducenten in Azië en Afrika ondersteunde met innovatieve satelliettoepassingen.
‘Ruimtevaart is de ruggengraat geworden van onze moderne maatschappij’, aldus Van de Wetering. Om zijn verhaal te illustreren, nodigt hij drie jonge professionals een voor een uit op het podium om te vertellen over het project waar zij op dit moment aan werken.
Daniëlle Huppenkothen laat zien dat kunstmatige intelligentie een belangrijke rol gaat spelen bij ESA’s nieuwe röntgentelescoop Athena, waar Nederland aan mee bouwt. ‘Athena onderzoekt energierijke fenomenen in het heelal, zoals zwarte gaten, met nooit eerder vertoonde precisie. Kunstmatige intelligentie kan de complexe data die Athena oplevert duizend keer sneller verwerken dan de computermodellen waar we nu mee werken.’
Ecosystemen begrijpen
Jakko de Jong van Spheer.ai maakt ook gebruik van kunstmatige intelligentie, maar dan om data van aardobservatiesatellieten te ontsluiten. ‘We nemen álle gegevens van de Europese Sentinel satellieten samen en combineren die met andere gegeven over het weer, de bodem en het klimaat. Dat levert een database op waarmee we de natuur, biodiversiteit, agrarische activiteiten, het water en nog veel meer kunnen onderzoeken. Kunstmatige intelligentie helpt ons om landschappen en ecosystemen als geheel te leren begrijpen.’
En dan is er de Tango missie. Een nieuwe Nederlandse ruimtemissie, die bestaat uit twee kleine cubesat satellieten. Eleonie van Schreven van TNO vertelt hoe de instrumenten van Tango kunnen inzoomen op de precieze plek waar grote hoeveelheden broeikasgassen worden uitgestoten. Bijvoorbeeld energiecentrales, kolenmijnen en afvalbergen. SRON werkt samen met Isispace, het KNMI, TNO en ESA aan de missie, die boordevol Nederlandse hightech zit en zal bijdragen aan de bestrijding van het klimaatprobleem.
Ruimte voor talent
Tijdens de opening van de ASE-week verdient nog een ander bijzonder initiatief de aandacht, vindt Van de Wetering. Juist omdat het goed past bij het motto Shaping the future together. ‘Sinds vorig jaar werken studenten van mbo, hbo en wo aan buitengewone ideeën voor onze toekomst. Deze week presenteren zij hun ideeën, hun moonshots, die mede tot stand zijn gekomen met de hulp van astronauten hier in de zaal.’
‘Jullie geven mensen hoop. Hoop dat grote dromen realiteit kunnen worden. Jullie inspireren jonge mensen voor wetenschap en techniek. Juist deze mensen zullen we hard nodig hebben in de toekomst. En jullie zijn ambassadeurs voor planeet aarde, een planeet waar we samen heel voorzichtig mee moeten zijn.’