>

‘In 2030 willen we tien miljoen boeren helpen met de transitie naar boslandbouw’

Nederland investeerde tien jaar lang in het programma Geodata for Agriculture and Water (G4AW). In deze serie blikken hoofdrolspelers terug en kijken ze naar de toek
© Acorn
omst. Jelmer van de Mortel leidt project Acorn bij de Rabobank: ‘Samen met partners wereldwijd bevorderen we duurzame landbouw én dragen we bij aan het terugdringen van klimaatverandering.’

Veel mensen zullen een bank niet meteen associëren met ontwikkelingssamenwerking. Hoe draagt de Rabobank bij aan de doelstellingen van G4AW?
‘De ‘bo’ van Rabobank komt van de vroegere Boerenleenbank. Boeren helpen zit dus in ons DNA. Wij helpen voedselproducenten aan kapitaal om op te schalen en te verduurzamen. Dat doen we al heel lang in de westerse wereld, maar in ontwikkelingslanden is dat een stuk lastiger. Kleine boeren hebben vaak geen of weinig kapitaal om te investeren. En door de lokale omstandigheden is het risico voor investeerders van buiten groot. Met Acorn hebben we hiervoor een oplossing gevonden.’

Wat houdt project Acorn in?
‘We helpen kleine boeren met de transitie naar duurzame boslandbouw. Hierbij telen boeren meerdere gewassen op dezelfde landbouwgrond. Deze methode heeft voordelen op verschillende niveaus. Voor de boer betekent boslandbouw: meer inkomsten, een meer divers dieet, verbetering van de bodemkwaliteit en een minder grote kwetsbaarheid voor klimaatverandering. Voor de regio leidt het onder meer tot grotere voedselzekerheid, beter beschermde oogsten en een grotere biodiversiteit. En mondiaal biedt boslandbouw de mogelijkheid om op korte termijn veel CO2 op te slaan in biomassa.’

Hoe lossen jullie de vraagstukken ron
© Acorn
d financiering en risico op?
‘Hierin spelen satellietdata en de vrijwillige koolstofmarkt een cruciale rol. De vrijwillige koolstofmarkt werkt zo: een bedrijf, bijvoorbeeld een softwaregigant of een luchtvaartmaatschappij, wil zijn CO2-uitstoot compenseren. Dat kan door carbon removal units te kopen. Boeren die bomen planten kunnen aanspraak maken op het geld van die units. Maar dan moeten ze wel kunnen aantonen hoeveel CO2 ze uit de lucht halen. Daar komen satellietdata om de hoek kijken. Satellietgegevens bieden objectieve metingen en dus zekerheid. Dat maakt het een stuk makkelijker om investeerders te vinden die willen voorfinancieren. Sterker: zonder satellietdata was Acorn financieel niet haalbaar geweest.’


Bij vergelijkbare projecten speelt de vraag hoeveel geld daadwerkelijk bij de boeren terechtkomt. Die vraag krijgen jullie vast ook regelmatig?
‘Dat klopt. Als Microsoft bijvoorbeeld veertig euro betaalt voor één carbon removal unit, dan gaat hiervan vier euro naar de partner die het project lokaal runt. Vier euro gaat naar ons. En 32 euro, tachtig procent dus, gaat naar de boer. Als een boer onvoldoende geld heeft om de aanplant van bomen voor te financieren, dan zijn er verschillende financiers die hier een rol in kunnen spelen. Onder meer de Amerikaanse, Duitse en Engelse overheid, maar ook private investeerders. Zij krijgen hun geld in termijnen terug uit de opbrengsten van de boer.’


© Acorn
In een eerder interview noemde je Acorn ‘pionieren’. Wat bedoel je hiermee?

‘Onze methodiek is niet eerder op zo’n grote schaal toegepast. We moesten kopers van credits, lokale boeren, financiers en onze eigen organisatie allemaal op één lijn krijgen. Met de manier van financieren - via de opbrengsten van de boeren – doorbraken we gebruikelijke marktprincipes. En dit alles op de nog jonge markt voor carbon credits, die nog volop in ontwikkeling is.’

Hoe zorg je dat boeren niet afhankelijk worden van ‘onze’ technologie en financiële producten?
‘Het is heel belangrijk dat we niet onze westerse denkbeelden loslaten op de boeren in Afrika, Azië en Zuid-Amerika. We werken samen met de Universiteit van Maastricht op het gebied van fair and smart data. Met Wageningen University & Research onderzoeken we de geschiktheid van locaties voor boslandbouw. Daarnaast ligt veel verantwoordelijkheid bij lokale partners, die weer contact hebben met de boeren. Werken op deze manier past goed bij het coöperatieve karakter van de Rabobank. Wat we wél willen is hen laten meeprofiteren van satellietdata. Enkele van onze Nederlandse toeleveranciers hebben die diensten kunnen ontwikkelen middels innovatieprojecten mede gefinancierd door Netherlands Space Office (NSO) binnen bestaande Europese ruimtevaartprogramma’s, en deels is die technologie ook gebruikt in G4AW-projecten in Ghana.’

Wat is de link tussen Acorn en G4AW?
‘Wij zijn niet direct betrokken bij een van de projecten van G4AW. Maar samen met Netherlands Space Office (NSO) we hebben wel kennisuitwisseling gestimuleerd. Onder meer door in 2017 het Nederlands Platform voor Microfinanciering (NpM) congres “Geodata for Inclusive Finance” mede te financieren. Samen met NpM, FMO en NSO hebben we daaropvolgend in 2018 een prijsvraag uitgezet: Geodata for Inclusive Finance and Food (G4IFF). En recentelijk hebben we het G4AW-portfolio bestudeerd: welke van de ontwikkelde G4AW-diensten kunnen wij toepassen bij onze boeren en hoe kan Acorn van betekenis zijn voor G4AW-partnerschappen? Er bleken meerdere raakvlakken en natuurlijk komen onze doelstellingen overeen.’
© Acorn

Hoe gaat Acorn verder?
‘We zullen de komende jaren verder opschalen. Onze ambitie is om in 2030 tien miljoen boeren te ondersteunen. Als dat lukt, slaan zij samen jaarlijks zo’n twintig miljoen ton CO2 op. Daarnaast onderzoeken we hoe we onze dienst samen met andere diensten kunnen aanbieden. In combinatie met zaailingen bijvoorbeeld. Of met verzekeringen, mogelijk komen we daar bij een ontwikkelde G4AW-dienst uit. Zo’n koppeling willen we ook tot stand brengen tussen boeren en afnemers van Acorn. Bijvoorbeeld tussen een producent van verzorgingsproducten in Europa en boeren die naast cashewnoten ook de goudsbloemen gaan produceren die voor deze producten nodig zijn.’

Zowel Acorn als G4AW leggen een link tussen digitalisering en thema’s als voedselzekerheid en klimaat. Waarom is dit volgens jou een goed idee?
‘Mijn droom is dat het leven van kleine boeren in ontwikkelingslanden structureel verbetert. Maar dan wel zonder afbreuk te doen aan wat zij daar eigenlijk beter voor elkaar hebben dan wij hier. Een zekere mate van tevredenheid, gemeenschapszin, een minder grote afhankelijkheid van welvaart. Toegang tot de financiële markten, de koolstofmarkt, maar ook verzekeringen en andere diensten kunnen hier een belangrijke bijdrage aan leveren.’

Lees hier meer over hoe Rabobank Acorn satellietdata gebruikt.