Vijftig jaar na de laatste bemenste maanmissie, vertrekt vandaag om 14:33 uur Nederlandse tijd Artemis 1 naar de maan. Aan boord zijn nog geen mensen. Dat komt later, als deze testvlucht slaagt. Spannende momenten dus, ook voor Nederland. Want Nederlandse zonnepanelen brengen nu nog deze testvlucht, maar straks ook mensen naar de maan.
De Artemis 1 missie bestaat uit de Amerikaanse raket Space Launch System (SLS), de Amerikaanse capsule Orion en de Europese Service Module (ESM). De ESM voorziet Orion onder meer van water, voortstuwing en – niet onbelangrijk – elektriciteit. De stroomvoorziening komt van twaalf zonnepanelen, verdeeld over vier vleugels van zeven meter lang. Ontwikkeld en gebouwd door Airbus Nederland in Leiden.
Rob van Hassel, zonnepanelenexpert bij Airbus Nederland, is licht gespannen voor de lancering, maar vooral erg trots. ‘Bemenste ruimtevaart is het moeilijkste en spannendste dat er is. Je moet tot het uiterste gaan op technisch gebied, maar ook waar het gaat om veiligheid. De zonnepanelen moeten oersterk zijn, superstijf en de zonnecellen moeten foutloos functioneren in de extreme omstandigheden van de ruimte. Dat is nogal wat.’
Speciaal ontwerp
Het verloop van de Artemis 1 missie vraagt om een speciaal ontwerp zonnepanelen. Dat komt onder meer door het moment waarop de Orion-capsule zijn lage baan om de aarde verlaat en op weg gaat naar de maan: de Trans Lunar Injection. Van Hassel: ‘Precies op het goede moment moeten de zonnepanelen wegklappen langs de service module. Dat noemen we de praying bird manoeuvre. Daarna klappen ze terug om de capsule van energie te voorzien op weg naar de maan.’
Het ontwerp van de Europese Service Module is gebaseerd op dat van het Automated Transfer Vehicle (ATV), een Europees ruimteschip dat van 2008 tot 2014 vracht vervoerde naar het internationale ruimtestation ISS. Ook dat voertuig had zonnepanelen uit Nederland. ‘Dankzij die ervaring kunnen we nu bijdragen aan de nieuwe maanmissies’, zegt Van Hassel. ‘Continuïteit is de sleutel. Wil je op dit niveau meedoen, het hoogste niveau van ruimtevaart in de wereld, dan moet je als land blijven investeren in innovatie.’
Airbus Nederland bouwt ook de zonnepanelen voor de volgende vijf maanmissies, waarbij wél astronauten aan boord zijn. ‘De eisen van die missies zullen steeds exotischer worden. Dat zag je destijds ook bij de Apollo-missies van de jaren zeventig. Uiteindelijk betekent dit voor ons zonnepanelen ontwikkelen die nog lichter zijn, nog sterker. Met meer energieopbrengst bovendien. We moeten dus blijven onderzoeken hoe het beter kan.’
Kleine controlekamer
Een tweede Nederlandse bijdrage aan Artemis 1 is de ondersteuning vanuit het Erasmus Support Facility op ESA’s technisch centrum Estec in Noordwijk. In deze kleine controlekamer werd eerder deze zomer al een vluchtsimulatie gedaan. Compleet met technische problemen en noodscenario’s. Ook tijdens de echte missie zullen ingenieurs vanaf ESTEC de Europese Service Module goed in de gaten houden. De voortstuwing, elektronica én de Nederlandse zonnepanelen.
Rob van Hassel leg uit wat het bijzonder maakt om zonnepanelen voor de maanmissie te maken:
De zonnepanelen werden bij ESTEC in Noordwijk aan grondige tests onderworpen: