>

Presentatie nieuwe satelliettoepassingen maakt indruk bij provincies

Kunnen overheden en natuurbeheerders satellietdata gebruiken om natuurgebieden te monitoren en de biodiversiteit te bevorderen? Ja, zeggen de bedrijven 52impact en Spheer.ai. Gisteren presenteerden ze elk een nieuwe satelliettoepassing, als sluitstuk van een innovatietraject, gefinancierd en ondersteund door het NSO.

Met een paar digitale pennenstreken kleurt ondernemer Jakko de Jong een satellietfoto van een Drents natuurgebied in. Drie locaties maakt hij groen. Want hij weet zeker dat hier Pijpenstrootje groeit, een grassoort en een van de belangrijkste indicatoren van stikstofdepositie in heide- en veengebieden. Drie andere plekken kleurt hij rood: een stuk bos, een meertje en een weg. Daarna ‘vraagt’ hij de computer om in het hele natuurgebied aan te geven waar Pijpenstrootje groeit. Nog geen halve minuut later kleurt de kaart van Drenthe groen en geel.
Carto geeft aan waar in het natuurgebied pijpenstrootje voorkomt

Ruim 25 overheidsmedewerkers kregen gisteren bij het NSO een live demonstratie van Carto, de toepassing die het nog jonge bedrijf Spheer.ai ontwikkelde met behulp van de Small Business Innovation Research innovatieregeling (SBIR) van het NSO. ‘Geo-intelligentie’, noemt De Jong de creatie, een 'satelliet-AI’ voor iedereen met een ruimtelijke vraag. ‘Wij willen dat mensen de natuur op aarde kunnen monitoren met behulp van satellietgegevens en kunstmatige intelligentie. Maar dan zónder dat ze verstand hoeven te hebben van ruimtevaart of computers.’

Te weinig ecologen
Carto maakt het werk van planologen, beleidsmakers, inspecteurs en ecologen aanzienlijk beter, makkelijker en goedkoper, denkt De Jong. Op dit moment werken zij met gegevens die tot wel twaalf jaar oud kunnen zijn. Dat komt omdat het erg kostbaar is om natuurgebieden in kaart te brengen. Carto gebruikt data van de Sentinel-2 satelliet. Die fotografeert om de paar dagen de hele aarde in verschillende golflengtes. De toepassing gebruikt kunstmatige intelligentie om op basis van heel veel satellietdata bijvoorbeeld natte en droge heide van elkaar onderscheiden. Maar ook productiegrasland en natuurlijk grasland en of dat laatste kruidenrijk of kruidenarm is.
Jakko de Jong presenteert Carto

Op dit moment wordt Carto getest door acht potentiële klanten, waaronder de Provincie Flevoland. Beleidsadviseur Annika van Nugteren: ‘Wij hebben veel te weinig ecologen, maar we moeten wel elke drie jaar natuurdoelanalyses produceren. En binnenkort komt de natuurherstelverordening eraan. Die vraagt ook om monitoring. De enige manier waarop we dit kunnen doen, is door te innoveren. Daarom investeren wij tijd in dit SBIR-innovatietraject.’

Verdroging in beeld
De Provincie Flevoland is ook betrokken bij de tweede toepassing die gisteren gepresenteerd werd: NatuurWacht van 52impact. NatuurWacht monitort de gevolgen van verdroging voor de biodiversiteit. In de dagelijkse praktijk van provincies gebeurt dat nog met een groot veldonderzoek eens in de drie tot zes jaar. Maar als het aan Jesse Schoenmakers van 52impact ligt, doen provincies dat in de toekomst maandelijks met satellieten: ‘Wij gebruiken jaren aan satellietdata en berekenen op basis daarvan met modellen de toekomst: waar krijgt Nederland te maken met de grootste risico’s van verdroging?’

NatuurWacht onderzoekt de veerkracht van vegetatie: hoe snel krabbelt het groen weer op na een periode van droogte? De toepassing kan een rol spelen in de monitoring van Natura2000 gebieden, waar de natuurwaarde niet mag verslechteren. Het kan ook helpen om maatregelen te bedenken die verdroging tegengaan en vervolgens vanuit de ruimte meten of die maatregelen ook werken.
De presentatie van 52impact

Meerwaarde is aangetoond
Aan de ontwikkeling van NatuurWacht droegen zes provincies bij. Ecologen hielpen met vegetatiekartering – welke planten staan waar – in twintig natuurgebieden, waaronder Fochteloërveen in Drenthe en Kop van Schouwen in Zeeland. ‘Ik heb gezien hoe ecologen deze toepassing testten en het werkte’, zegt Thieu Caris, GEO-ICT adviseur bij de Provincie Zeeland. ‘De meerwaarde is duidelijk aangetoond: het bespaart mensen, tijd en geld.’

Volgens Thijs Perenboom van 52impact is de SBIR regeling een goed instrument om innovatie bij overheden te stimuleren. ‘Met de SBIR gaan we uit van concrete vragen en problemen die spelen bij de overheid en we onderzoeken welke rol satellietdata kunnen spelen in de oplossing ervan. Met de SBIR weet je dus zeker dat je aan een toepassing werkt die toegevoegde waarde heeft.’