ESA’s wetenschappelijke programma heeft als doel om satellietmissies voor astronomie en planeetonderzoek te ontwikkelen. Het is het enige verplichte programma voor ESA-lidstaten, die naar rato van hun bruto nationaal product bijdragen. Het NSO vertegenwoordigd Nederland samen met SRON, het Nederlands instituut voor ruimteonderzoek, in de programmaraad.
De lidstaten beslissen gezamenlijk over welke satellieten ontwikkeld worden. In het sterrenkundig programma Cosmic Vision 2020 staan de grote wetenschappelijke thema’s beschreven die leidend zijn voor het wetenschappelijke programma. Dit programma is van groot belang voor Nederland. Ons land hoort zowel industrieel als wetenschappelijk bij de internationale wereldtop. Dat blijkt onder meer uit onze bijdragen aan missies als GAIA (astrometrie) en Herschel (infraroodsterrenkunde).
Het wetenschappelijke programma is uiterst succesvol en efficiënt. De missies leveren wetenschappelijke inzichten van wereldniveau en spreken bovendien zeer tot de verbeelding van het brede publiek. Denk maar aan de unieke prestaties van Rosetta met de eerste landing op een komeet (2014).
Wetenschappelijke instrumenten worden door de lidstaten zelf gefinancierd, ontwikkeld en gebouwd. Daarna worden ze onder ESA-verantwoordelijkheid met de satelliet samengevoegd. Zo leverde Nederland, als leider van een internationaal consortium, het HIFI-instrument voor de Herschel-ruimtetelescoop.
Als een wetenschappelijke missie door ESA is geselecteerd, kunnen lidstaten hun ambitie om een instrument te leveren kenbaar maken. Uit de aanmeldingen wordt het meest passende plan geselecteerd.
In Nederland is het SRON instituut voor ruimteonderzoek verantwoordelijk voor het leveren van instrumenten aan het wetenschappelijke programma. SRON is naast het NSO ook gedelegeerde in het Science Programme Committee (SPC).
Door de jaren heen leverde het wetenschappelijke programma van ESA, soms in samenwerking met andere ruimtevaartorganisaties, spraakmakende missies op: